In Ghana is er altijd ruimte voor Erica Terpstra...
Hier eindelijk een bericht van "reporting live from Ghana". Het heeft even geduurd, ik zit al helemaal in het Afrikaanse ritme en Afrikanen hebben nu eenmaal alle tijd van de wereld. Er waren echter ook wat technische mankementen. Eerst viel de stroom uit en toen ik vervolgens de tekst op internet wilde zetten, was er geen connectie omdat het te bewolkt was. De wet van Murphy geldt zeker ook in Afrika. Maar het gaat goed met me en ik heb het prima naar m'n zin. Op een verkoudheidje na ben ik nog niet ziek geweest en ik eet hier prima.
Modder + water + stampen + wachten + zon = stenen
Ik ben de afgelopen twee weken vooral in de ochtend (vanaf +/- 8 uur, ik sta om +/- 7 uur op) druk bezig geweest met het maken van “mud bricks”, modderstenen. Het is heel simpel, op de blaren en de hitte van de zon na dan (ik zweet me pijltjes). Met een pikhouweel maak je aarde los op een stukje grond. Vervolgens doe je er water bij, gaat er wat in staan stampen (ik werk vooral op m’n blote voeten), scheppen, draaien, aarde toevoegen, water toevoegen, stampen enzovoorts en je hebt modder. Deze modder schep je vervolgens in een vorm, goed aandrukken, vorm optillen en vervolgens laat je het een aantal dagen drogen in de behoorlijk aanwezige zon en je hebt modderstenen. Het is een hoop gesjouw want de modder en de stenen liggen altijd een aantal meter van elkaar vandaan. Het gaat erom dat de modder de juiste substantie heeft, niet te nat en niet te droog, zodat de stenen de juiste vorm behouden. Dat jullie het maar weten.Echt veel coördinatie is er niet en de plannen wijzigen nogal eens per dag. De dag begint vaak dat ik eerst een tijdje achter “referend” Fianco aan loop om te kijken wat er die dag gaat gebeuren of wie erbij gaat helpen. Vaak eindigen we dan weer op de plek waar we begonnen zonder dat ik er wijzer van ben geworden.
Ik had het werk van tevoren iets anders voorgesteld. Ik had een soort idee van ‘solidariteit’, maar soms ben ik alleen aan het werk, soms werk ik samen met een Ghanees, maar stopt de solidariteit met de zin ‘give me your phone’. Er zijn deze week 3 Engelsen bij gekomen die ook aan het bouwproject gaan meewerken. Het is leuk om met een groep samen te werken. Als het goed is gaan we volgende week beginnen met het leggen van de fundering van een bibliotheek. Gisteravond en vannacht is er gigantisch veel regen gevallen. We gaan morgen kijken wat er van onze stenen over is. We moeten binnenkort proberen of we ergens een groot zeil kunnen scoren om de stenen te beschermen.
Afrikaans “tikkie opzij”
Op een voetbalveldje vlak bij m’n huis wordt aan het eind van de middag vaak gevoetbald (met scheids) en ik ben als “Obruni” welkom om een partijtje mee te voetballen. Ik speel met het team zonder shirt, maar wees gerust: m'n “human reflection shield” is bijna verdwenen. We hebben een hoop publiek, er zijn echter nog geen Ghanese scouts gesignaleerd. KMD 5: ik ben nog niet zover dat ik me met de vrije trappen kan bemoeien, dus het oefenprogramma “tikkie opzij” moet nog even wachten. Het is een bijzonder voetbalveldje, ik liep laatst ‘s-avonds laat naar m’n huis en toen stonden er in het donker 50 mensen in een cirkel een soort meditatie te zingen, waarbij er af en toe iemand iets uitschreeuwde. Ik begreep van m’n “hostbroer” dat het een soort “healing” kan zijn. Een beetje “spooky” is het wel, maar toch apart om mee te maken.
In de avond zit ik soms samen met m’n familie naar het Ghanese nieuws of een Ghanese soap te kijken of ik drink in de “sportsbar” van “George” een biertje met Afrikanen en andere vrijwilligers. Het is een houten keet die versierd is met pakjes sigaretten als behang. Naast dat het een bar is, is het ook gelijk het huis van George en z'n familie, dus achter de bar liggen z'n vrouw en kind soms al te slapen. Ghanezen komen er soms al vroeg in de morgen voor 30 cent een glaasje van de lokale gin drinken. Gister had ik een gesprek met een aantal Afrikanen over het verschil tussen Afrikanen en de 'Obrunis'. Een Ghanees (niet te verwarren met een Ha-genees) gaf aan dat er een Afrikaans gezegde is dat luidt: als een Afrikaan onderweg naar de kerk een blanke tegenkomt je niet meer naar de kerk hoeft omdat je 'god' al gezien hebt. Ik was het natuurlijk niet met hem eens, alhoewel ik nog wel even moet uitzoeken waar z'n kerk is. Het is makkelijk als Obruni te zeggen dat we gelijk zijn, terwijl er ook veel verschillen zijn. De Ghanees vroeg zich af of Afrikanen ooit in staat zouden zijn om een technologische inhaalslag te maken. Elke woensdagavond hebben we met de TPA-vrijwilligers een soort quizavond, waarbij elke keer weer een andere vrijwilliger een programma bedenkt.
In een Trotto is er altijd ruimte voor Erika Terpstra?
Afgelopen weekend was er het maandelijkse feest voor de vrijwilligers van de organisatie TPA waarvoor ik werk. We moesten hiervoor op reis via Accra naar Cape Coast, een badplaats aan het strand. Dat was flink afzien. Net toen we in het Mercedes-busje zaten en ik dacht dat de bus nu toch wel aardig vol zat, kwamen er nog drie “big mammas” binnen. Een van hen, de Ghanese versie van Erika Terpstra XXL, wurmde zich naast mij op de plek in het midden van de bus. Gewoon proberen adem te blijven halen, ik had zelfs nog wat lucht over om een gesprek met haar aan te gaan. Toen ik halverwege langs de weg een bus op z’n kop zag liggen dacht ik dat het zo gek nog niet is om midden in de bus wat ‘gewicht’ te hebben. De busreis bleef bijzonder: na een kwartier begon voorin een blinde priester met een soort preek, die hij afwisselde met ‘christelijk’ liederen die de hele bus meezong, geweldig! Dat zie ik ze bij de HTM nog niet doen.
In Cape Coast was er een feest georganiseerd, compleet met Afrikaanse djembe band, dansers en vuurspugers. Het was leuk om een aantal andere vrijwilligers (Engelsen, Nederlanders, Duitsers, Amerikanen) van de verschillende locaties, te spreken hoe zij het hier ervaren. We (Engelse Becky en Liz, Nederlandse Floor en 2 twee Schotten) hebben de volgende 2 dagen 2 forten bezocht. Deze forten zijn vooral gebruikt voor de goudhandel en slavenhandel door de Engelsen, Portugezen ?n Nederlanders. Niet echt om trots op te zijn. De slaven werden er met veel opgesloten in muffe donkere smerige veel te kleine kerkers. Veel hebben het er niet overleefd. In Accra en Cape Coast zijn in tegenstelling waar we wonen geen vaste prijzen voor de taxiritten. Dat betekend dus onderhandelen. Maar met de onderhandelingstechnieken van Engelse Becky krijg je bijna medelijden met de taxichauffeurs. Ben je een goed christen? Doe het voor god! Ze biedt de taxichauffeur aan te trouwen met haar zus enzovoorts... als de prijs maar omlaag gaat en dat gaat ie. Een taxirit is hier bijna altijd lachen. In Cape Coast hadden we een hostal geboekt met een geweldig dakterras, waar je over de straten om je heen kon kijken. In de avond hebben we het Afrikaanse dansritem uitgeprobeerd in een locale disco. Zondagmiddag in een zwembad van een beachresort alle restanten modder uit alle hoeken en gaten verwijderd en ik kan weer schoon aan deze nieuwe week beginnen.
Omdat ik vaak al vroeg in de middag klaar ben met het bouwproject, ga ik aanstaande maandagmiddag bij een school langs. Er zijn waarschijnlijk mogelijkheden om er computerles te geven. Jullie horen het nog wel.
Groeten,Pieter “de al wat bruinere Obruni’ Vriend
Modder + water + stampen + wachten + zon = stenen
Ik ben de afgelopen twee weken vooral in de ochtend (vanaf +/- 8 uur, ik sta om +/- 7 uur op) druk bezig geweest met het maken van “mud bricks”, modderstenen. Het is heel simpel, op de blaren en de hitte van de zon na dan (ik zweet me pijltjes). Met een pikhouweel maak je aarde los op een stukje grond. Vervolgens doe je er water bij, gaat er wat in staan stampen (ik werk vooral op m’n blote voeten), scheppen, draaien, aarde toevoegen, water toevoegen, stampen enzovoorts en je hebt modder. Deze modder schep je vervolgens in een vorm, goed aandrukken, vorm optillen en vervolgens laat je het een aantal dagen drogen in de behoorlijk aanwezige zon en je hebt modderstenen. Het is een hoop gesjouw want de modder en de stenen liggen altijd een aantal meter van elkaar vandaan. Het gaat erom dat de modder de juiste substantie heeft, niet te nat en niet te droog, zodat de stenen de juiste vorm behouden. Dat jullie het maar weten.Echt veel coördinatie is er niet en de plannen wijzigen nogal eens per dag. De dag begint vaak dat ik eerst een tijdje achter “referend” Fianco aan loop om te kijken wat er die dag gaat gebeuren of wie erbij gaat helpen. Vaak eindigen we dan weer op de plek waar we begonnen zonder dat ik er wijzer van ben geworden.
Ik had het werk van tevoren iets anders voorgesteld. Ik had een soort idee van ‘solidariteit’, maar soms ben ik alleen aan het werk, soms werk ik samen met een Ghanees, maar stopt de solidariteit met de zin ‘give me your phone’. Er zijn deze week 3 Engelsen bij gekomen die ook aan het bouwproject gaan meewerken. Het is leuk om met een groep samen te werken. Als het goed is gaan we volgende week beginnen met het leggen van de fundering van een bibliotheek. Gisteravond en vannacht is er gigantisch veel regen gevallen. We gaan morgen kijken wat er van onze stenen over is. We moeten binnenkort proberen of we ergens een groot zeil kunnen scoren om de stenen te beschermen.
Afrikaans “tikkie opzij”
Op een voetbalveldje vlak bij m’n huis wordt aan het eind van de middag vaak gevoetbald (met scheids) en ik ben als “Obruni” welkom om een partijtje mee te voetballen. Ik speel met het team zonder shirt, maar wees gerust: m'n “human reflection shield” is bijna verdwenen. We hebben een hoop publiek, er zijn echter nog geen Ghanese scouts gesignaleerd. KMD 5: ik ben nog niet zover dat ik me met de vrije trappen kan bemoeien, dus het oefenprogramma “tikkie opzij” moet nog even wachten. Het is een bijzonder voetbalveldje, ik liep laatst ‘s-avonds laat naar m’n huis en toen stonden er in het donker 50 mensen in een cirkel een soort meditatie te zingen, waarbij er af en toe iemand iets uitschreeuwde. Ik begreep van m’n “hostbroer” dat het een soort “healing” kan zijn. Een beetje “spooky” is het wel, maar toch apart om mee te maken.
In de avond zit ik soms samen met m’n familie naar het Ghanese nieuws of een Ghanese soap te kijken of ik drink in de “sportsbar” van “George” een biertje met Afrikanen en andere vrijwilligers. Het is een houten keet die versierd is met pakjes sigaretten als behang. Naast dat het een bar is, is het ook gelijk het huis van George en z'n familie, dus achter de bar liggen z'n vrouw en kind soms al te slapen. Ghanezen komen er soms al vroeg in de morgen voor 30 cent een glaasje van de lokale gin drinken. Gister had ik een gesprek met een aantal Afrikanen over het verschil tussen Afrikanen en de 'Obrunis'. Een Ghanees (niet te verwarren met een Ha-genees) gaf aan dat er een Afrikaans gezegde is dat luidt: als een Afrikaan onderweg naar de kerk een blanke tegenkomt je niet meer naar de kerk hoeft omdat je 'god' al gezien hebt. Ik was het natuurlijk niet met hem eens, alhoewel ik nog wel even moet uitzoeken waar z'n kerk is. Het is makkelijk als Obruni te zeggen dat we gelijk zijn, terwijl er ook veel verschillen zijn. De Ghanees vroeg zich af of Afrikanen ooit in staat zouden zijn om een technologische inhaalslag te maken. Elke woensdagavond hebben we met de TPA-vrijwilligers een soort quizavond, waarbij elke keer weer een andere vrijwilliger een programma bedenkt.
In een Trotto is er altijd ruimte voor Erika Terpstra?
Afgelopen weekend was er het maandelijkse feest voor de vrijwilligers van de organisatie TPA waarvoor ik werk. We moesten hiervoor op reis via Accra naar Cape Coast, een badplaats aan het strand. Dat was flink afzien. Net toen we in het Mercedes-busje zaten en ik dacht dat de bus nu toch wel aardig vol zat, kwamen er nog drie “big mammas” binnen. Een van hen, de Ghanese versie van Erika Terpstra XXL, wurmde zich naast mij op de plek in het midden van de bus. Gewoon proberen adem te blijven halen, ik had zelfs nog wat lucht over om een gesprek met haar aan te gaan. Toen ik halverwege langs de weg een bus op z’n kop zag liggen dacht ik dat het zo gek nog niet is om midden in de bus wat ‘gewicht’ te hebben. De busreis bleef bijzonder: na een kwartier begon voorin een blinde priester met een soort preek, die hij afwisselde met ‘christelijk’ liederen die de hele bus meezong, geweldig! Dat zie ik ze bij de HTM nog niet doen.
In Cape Coast was er een feest georganiseerd, compleet met Afrikaanse djembe band, dansers en vuurspugers. Het was leuk om een aantal andere vrijwilligers (Engelsen, Nederlanders, Duitsers, Amerikanen) van de verschillende locaties, te spreken hoe zij het hier ervaren. We (Engelse Becky en Liz, Nederlandse Floor en 2 twee Schotten) hebben de volgende 2 dagen 2 forten bezocht. Deze forten zijn vooral gebruikt voor de goudhandel en slavenhandel door de Engelsen, Portugezen ?n Nederlanders. Niet echt om trots op te zijn. De slaven werden er met veel opgesloten in muffe donkere smerige veel te kleine kerkers. Veel hebben het er niet overleefd. In Accra en Cape Coast zijn in tegenstelling waar we wonen geen vaste prijzen voor de taxiritten. Dat betekend dus onderhandelen. Maar met de onderhandelingstechnieken van Engelse Becky krijg je bijna medelijden met de taxichauffeurs. Ben je een goed christen? Doe het voor god! Ze biedt de taxichauffeur aan te trouwen met haar zus enzovoorts... als de prijs maar omlaag gaat en dat gaat ie. Een taxirit is hier bijna altijd lachen. In Cape Coast hadden we een hostal geboekt met een geweldig dakterras, waar je over de straten om je heen kon kijken. In de avond hebben we het Afrikaanse dansritem uitgeprobeerd in een locale disco. Zondagmiddag in een zwembad van een beachresort alle restanten modder uit alle hoeken en gaten verwijderd en ik kan weer schoon aan deze nieuwe week beginnen.
Omdat ik vaak al vroeg in de middag klaar ben met het bouwproject, ga ik aanstaande maandagmiddag bij een school langs. Er zijn waarschijnlijk mogelijkheden om er computerles te geven. Jullie horen het nog wel.
Groeten,Pieter “de al wat bruinere Obruni’ Vriend
<< Home